ChristenUnie: 'Gemeente moet staatlozen op de juiste wijze registreren'
De ChristenUnie in Amsterdam wil dat er meer aandacht komt voor de positie van staatlozen in de hoofdstad. Veel personen hebben de status ‘nationaliteit onbekend’ terwijl zij in aanmerking komen om de status ‘staatloos’ te krijgen, die meer bescherming en rechten met zich mee brengt. Het gaat dan bijvoorbeeld om Molukkers, Surinamers, Palestijnen maar ook Roma. De ChristenUnie vindt dat er gekeken moet worden naar de manier van bewijslast, die nu volledig bij de staatloze ligt, en daarnaast dat de gemeente ook kijkt naar hoe zij zelf de staatloze beter bij kan staan. De partij dient daarom vandaag een initiatiefvoorstel in.
Fractievoorzitter Don Ceder: “Juist in de tijd vlak voor Kerst willen we kijken naar kwetsbare groepen die onze hulp het hardst nodig hebben. De groep mensen met de status ‘nationaliteit onbekend’ zit in een hele lastige positie omdat hun bestaan eigenlijk ontkend wordt en het aan henzelf is om te bewijzen dat zij de status van staatloos mogen krijgen. Dit is in veel gevallen erg lastig voor deze mensen omdat zij procedures niet begrijpen of er documenten gevraagd worden die zij onmogelijk kunnen voorleggen.”
Ook is de ChristenUnie van mening dat medewerkers van de afdeling burgerzaken beter geïnstrueerd moeten worden over de staatloosheidsproblematiek en hoe deze te herkennen, en hoe zij staatlozen verder kunnen helpen en doorverwijzen. De partij wil dat een ieder die zich met de status van nationaliteit onbekend bij de gemeente meldt, in woord en geschrift laagdrempelig krijgt uitgelegd wat de verschillende mogelijkheden zijn voor deze persoon. Daarnaast moet volgens de partij een comité van experts worden ingesteld wat naar de randgevallen staatsloosheid van de afgelopen jaren gaat kijken en daaruit lessen trekt en in kaart brengt.
Staatlozen behoren tot geen enkel land in de wereld. Omdat zij door geen enkel land als burger worden erkend, kunnen zij geen beroep doen op de bescherming van een overheid. Staatlozen bezitten geen paspoort en geen nationaliteit. Sommige zijn buiten de landgrenzen van Nederland geboren, maar velen zijn ook hier in Amsterdam geboren en zijn staatloos omdat hun ouders dat zijn. Eerder liet het college in beantwoording op schriftelijke vragen van raadslid Ceder weten dat er 2205 personen zijn geregistreerd met de status ‘nationaliteit onbekend’ en dat er 446 personen zijn ingeschreven als staatloos. Het is onbekend hoeveel staatlozen in Amsterdam wonen die niet zijn ingeschreven in de BRP. Kinderen die in Amsterdam worden geboren krijgen automatisch de status van hun ouders. In Amsterdam zijn de afgelopen vijf jaar 243 kinderen in Amsterdam geboren die de status nationaliteit onbekend kregen, en 96 die als staatloze werden geregistreerd.
Net als veel andere landen erkent Nederland de Staatloosheidsverdragen. Staatlozen krijgen via die weg alsnog een aantal rechten. Dan dient men wel officieel de status ‘staatloos’ te hebben en als zodanig in het basisregistratie persoonsgegevens (hierna: BRP) te staan. Maar in Nederland komt een grote groep staatlozen niet in aanmerking voor deze rechten. Ze zijn namelijk ooit door een gemeente in de BPR geregistreerd onder de status ‘nationaliteit onbekend’ en niet onder de status ‘staatloos’. De status ‘nationaliteit onbekend’ is een vreemde juridische categorie die vele andere landen niet kennen. En met de status ‘nationaliteit onbekend’ kunnen veel personen geen aanspraak maken op de rechten die uit de staatloosheidsverdragen voortvloeien. Iemand die de status ‘staatloos’ heeft, kan daar wel een beroep op doen. Hierdoor leeft een grote groep staatlozen een spookbestaan. Ze bestaan wel, maar niet op papier.
Om van de status ‘nationaliteit onbekend’ af te komen en de status ‘staatloos’ te krijgen moeten mensen volgens het huidig beleid eerst zelf aantonen dat ze geen nationaliteit hebben van een ander land. Maar dat kunnen velen niet, want toon maar eens aan dat geen enkel land op aarde jou erkend. In sommige gevallen bestaat het land van herkomst ook zelfs niet meer. Staatlozen kunnen geen niet-bestaande documenten voorleggen waaruit blijkt dat zij wel degelijk een nationaliteit hebben, noch kunnen ze aantonen dat geen enkel land op aarde hen erkent. Hierdoor is voor vele mensen een kafkaëske situatie ontstaan, waar de gemeente een belangrijke rol in speelt[1].
Raadslid Don Ceder: “Als ChristenUnie willen wij dat Amsterdam zijn verantwoordelijkheid neemt en de zaken van staatlozen uitvoeriger en welwillender gaat bekijken. De verantwoordelijkheid om aan te tonen dat je staatloos bent kan niet alleen bij de staatloze liggen en zeker niet als het om kinderen gaat. De ChristenUnie is van mening dat de gemeente Amsterdam personen die de status ‘nationaliteit onbekend’ hebben, een reële mogelijkheid moet bieden om de status ‘staatloos’ te krijgen.”