'Ik ben begonnen vanuit een belofte die ik aan God heb gemaakt.'
Regina Macnack heeft haar eigen voedselbank in Amsterdam-Zuidoost. Ze stemt de ChristenUnie in Amsterdam. Waarom?
Wat doet u in het dagelijks leven?
“Ik heb 31 jaar geleden de stichting ‘Hoop voor morgen’ opgericht. We geven daar hulp aan minder bedeelde gezinnen. Bijvoorbeeld mensen die geen baan meer hebben of ongedocumenteerden. Het zijn mensen die normaal gesproken totaal buiten de boot vallen en niet in hun eigen behoeften kunnen voorzien. We hebben ook projecten met kinderen en ook voor ouderen, waar ze kunnen ontspannen.
Ik ben begonnen vanuit een belofte die ik aan God heb gemaakt. Ik was ziek en toen heb ik God om genezing gevraagd. Ik heb Hem beloofd dat als ik beter zou worden dat ik iets terug zou doen. God is natuurlijk niet zo. Hij verwacht niets terug van ons. Maar voor mij was het: voor wat, hoort wat. En ik ben toen ook genezen. Na mijn genezing kreeg ik dromen over voedsel dat ik uitdeelde op straat aan daklozen en verslaafden. Dat ben ik toen op de Wallen gaan doen. En zo’n twee jaar later stonden er op zondagochtend een moeder met twee kinderen bij mij op de stoep. Ze hadden gehoord dat ik eten uitdeelde aan de daklozen en ze vroeg of ik nog wat eten over had. Dus ik maakte wat te eten voor ze. De week erna kwamen ze terug met een andere moeder. En voor ik het wist had ik een voedselbank in huis.”
Waarom bent u zo betrokken bij de ChristenUnie?
“Ik heb jaren terug een keer op de lijst gestaan voor de ChristenUnie. Ze hadden me dit jaar weer gevraagd, maar ik kan niet met zo veel tegelijk bezig zijn. Regelmatig komen de jongeren van de ChristenUnie helpen met kratjes en pakketten maken bij de voedselbank. Als christen vind ik het fijn om op een christelijke partij te kunnen stemmen. Er zijn veel christenen in Amsterdam, maar ik denk dat er heel veel niet op christelijke partijen stemmen. Dat vind ik jammer.”
Denkt u dat de ChristenUnie het verschil kan maken?
“Ja zeker. Met krachtige mannen als Don en Gerjan zeker. Zij kunnen echt het verschil maken, ze durven te vechten. Dat vind ik mooi.”
