ChristenUnie: Basisvoorzieningen voor Amsterdamse ongedocumenteerde jongeren
Voor bijna alles heb je een identiteitsbewijs nodig: om te reizen, als je verhuist, bij het afsluiten van een zorgverzekering en om lid te worden van een voetbalclub. Dit geldt ook voor de duizenden hier geboren kinderen die ongedocumenteerde ouders hebben. Deze kinderen zijn afgesloten van vele basale voorzieningen die voor andere kinderen vanzelfsprekend zijn. Dit plaatst de ongedocumenteerde kinderen in een geïsoleerde positie en levert een bedreiging op voor hun ontwikkeling en welzijn.
Dit voorstel is gericht op het verbeteren van de positie van dergelijke kinderen en jongeren op grond van humanitaire redenen. Dit initiatief wordt gedreven door de notie dat ook deze kinderen universele mensenrechten bezitten. Het respecteren van die rechten vormt een wezenlijk aspect van ons democratisch bestuur, ongeacht verblijfsstatus. Ons bestuur is een maatschappelijk verantwoord bestuur dat rekening houdt met het welzijn en de mensenrechten van alle kinderen en jongeren in Nederland.
Tot slot is van belang bij aanvang van dit voorstel te wijzen op het onderscheid tussen enerzijds afgewezen asielzoekers en politieke vluchtelingen en anderzijds ongedocumenteerden. Voor de eerste groep zijn er onder meer kerkelijke organisaties en vrijwilligersgroepen die een vorm van opvang in de stad verzorgen. Steuncomités voor ongedocumenteerden geven beperkte begeleiding door te bemiddelen in levensonderhoud, onderdak, medische zorg, rechtsbijstand onderwijs en geestelijke steun. De groep (kinderen van) economische migranten krijgt echter weinig of geen aandacht. Ze vallen buiten de doelgroep van de hiervoor genoemde organisaties en zijn op zichzelf aangewezen. De gemeente heeft daardoor ook moeite met het lokaliseren en zorg dragen voor deze groep kinderen. Een voorbeeld blijkt uit het feit dat bij de gemeente Amsterdam niet bekend is hoeveel ongedocumenteerde jongeren in Amsterdam wonen. Hoewel beide groepen uiteraard hulp behoeven, richt dit voorstel zich specifiek op economische migranten.
Hoeveel ongedocumenteerden in Amsterdam wonen is niet bekend. Het laatste onderzoek van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) van het Ministerie van Justitie en Veiligheid schat de populatie ongedocumenteerden in Nederland voor de periode 1 juli 2012 tot en met 30 juni 2013 op 35.530, met een 95% betrouwbaarheidsinterval lopend van 22.881 tot 48.179. Voor het jaar 2009 bedraagt de schatting 41.835 ongedocumenteerden, met een 95% betrouwbaarheidsinterval van 20.654 tot 63.015.
Er zijn geen schattingen bekend van het aantal ongedocumenteerde kinderen in Amsterdam. Wel is in 2016 door Kruispost onderzoek gedaan naar de leefomstandigheden van ongedocumenteerde kinderen in regio Amsterdam.
De hierboven geschetste kwetsbare positie van ongedocumenteerde jongeren (zonder asielverleden) is voor de ChristenUnie reden om dit initiatiefvoorstel te schrijven, met het doel de positie en situatie van deze doelgroep te verbeteren op de volgende zes punten:
- Onderwijs
- Minimavoorzieningen
- Zorg
- Sport
- Denktank
- Informatie- en steunpunt
Doel is dat met het realiseren van deze zaken voor ongedocumenteerde jongeren een basisvoorziening wordt gerealiseerd en het risico op parallelle samenlevingen in onze stad verkleind wordt.
1. Onderwijs.
Na het achttiende levensjaar is er geen recht meer op onderwijs, het gevolg daarvan nu is dat leerlingen in de praktijk soms moeten stoppen van de school of geen stage meer kunnen volgen vanwege regelgeving. De ChristenUnie wil een zachte landing voor ongedocumenteerde leerlingen. Dat betekent dat de gemeente kijkt naar wat stage belemmeringen zijn en welke scholen vanwege een gebrek aan financiering ongedocumenteerden zonder diploma van school sturen, zodat belemmeringen kunnen worden weggenomen. Uiteindelijk is iedereen erbij gebaat dat de ongedocumenteerde leerling zijn opleiding kan afronden en zijn/ haar diploma en een startkwalificatie ontvangt.
2. Minimavoorzieningen.
Gemeente Amsterdam heeft geen publiekrechtelijke bevoegdheid of wettelijke mogelijkheden om landelijke financiële minimavoorzieningen voortvloeiend uit de Participatiewet aan te bieden aan ongedocumenteerden. De gemeente heeft echter ook voorzieningen die niet gebaseerd zijn op landelijke wetgeving en waarbij de gemeente Amsterdam dus zelf de voorwaarden via beleidsregels stelt en bepaalt wie recht op een voorziening heeft. De ChristenUnie wenst dat ongedocumenteerde jongeren daar ook aanspraak op kunnen maken.
3. Zorg.
Iedereen, ongedocumenteerd of niet, heeft recht op medisch noodzakelijke zorg. Dit is niet aan de gemeente maar aan medici en zorgaanbieders om te beoordelen. De financiering is geregeld via de Zorgverzekeringswet. Echter in de praktijk blijkt dat lang niet alle eerstelijnszorginstellingen hiervan voldoende op de hoogte zijn met als gevolg dat ongedocumenteerden vaak niet de zorg krijgen waar zij recht op hebben. Dat zorgt ervoor dat het nodig is dat er artsen en medici zijn die vrijwillig ongedocumenteerden helpen, zoals bijvoorbeeld bij Kruispost. Daarom willen wij dat de gemeente inzet op een goede informatievoorziening naar alle Amsterdamse eerstelijnszorg zoals huisartsen en ziekenhuizen, met een duidelijke uitleg hoe zij zorg aan ongedocumenteerden kunnen declareren bij het CAK. Dit geldt ook voor mondzorg. Ook tandartsen kunnen via het CAK aanspraak maken op de financieringsregeling die medische zorg voor ongedocumenteerde jongeren en kinderen mogelijk maakt.
4. Sport.
Over het onderwerp sport heeft de ChristenUnie tijdens de begrotingsbehandeling van de Begroting 2019 een motie ingediend, die is aangenomen. Daarin wordt het college opgeroepen te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om ongedocumenteerde Amsterdamse jongeren toegang te verlenen tot sportvoorzieningen op een soortgelijke wijze als dat ook voor minima via de `stadspas met groene stip' geregeld is. De uitvoering van deze motie kan worden betrokken bij dit voorstel en er wordt daarom in dit voorstel geen concreet verzoekpunt over sport opgenomen.
5. Denktank.
De ChristenUnie wil dat er een denktank wordt opgericht die zich gaat buigen over de problematiek van ongedocumenteerde jongeren. Deze denktank, bestaande uit ongedocumenteerden, beleidsmakers en betrokken partners, moet gaan nadenken over beleid om ongedocumenteerde Amsterdammers beter te ondersteunen en tevens een netwerk creëren van ongedocumenteerden en betrokkenen zodat kennisuitwisseling en contact sneller mogelijk is. Daarnaast is het een doel dat de denktank zich op termijn kan ontwikkelen tot een organisatie die als vertegenwoordiger optreedt en gesprekspartner kan zijn in overleggen met de gemeente en andere partijen.
6 Informatiepunt.
De ChristenUnie wil dat er een informatie- en steunpunt wordt ingericht. Dat punt moet ervoor zorgen dat informatievoorziening gestroomlijnd wordt naar ongedocumenteerden en vice verse. Bij dat informatiepunt kan aan ongedocumenteerden voorlichting gegeven worden over voorzieningen, mogelijk vertrek en terugkeer en het kan tevens dienen als aanspreekpunt voor ongedocumenteerden. Op die manier wordt ook wederzijds informatie opgehaald over de betreffende groep welke gebruikt kan worden door eerdergenoemde denktank.